vrijdag 12 juli 2013

Lake Bunyonyi via Kalinzu Forest

De laatste week breekt aan maar eerst nog even over de een na laatste schrijven. Die begon in Kasese, waar ik het laatste stukje schreef en waar we best nog even genoten hebben van de uitzichten op de Rwenzori Mountains. Na een korte wandeling rond Kasese vertrokken we naar "Kalinzu Forest" wat een niet al te grote reis was door het Queen Elizabeth National Park. Onderweg nauwelijks wild gezien maar wel Savanne. 
Bij het bos wilde we eerst even controleren of we daar konden slapen of dat we voor de nacht nog even door moesten reizen naar een andere plek. Ze hadden echter een tentje voor ons met matras en deken. Tentje was niet al te groot en een stok was bovendien gebroken. Gelukkig had ik nog ducktape en paperclips waarmee we de stok enigszins konden repareren. We hebben de nacht er mee gehaald en ondanks dat het matras eigenlijk voor één persoon was hebben we toen best goed geslapen. 


Els bij ons "gehandicapte" tentje


We vermaakten ons die middag nog met een kleine was, lezen, aapjes kijken (die vlakbij in de bomen zaten) en een wandelingetje langs de theevelden in de buurt. De volgende dag, dinsdag, gingen we "Chipanzee Tracken", we waren eerst van plan om gewoon een tocht te doen door het bos, maar omdat dit ook een optie was die vergeleken met andere plekken zeer voordelig was, besloten we om de kans te wagen. De kans op Chimpansees was niet super groot maar we gingen wel echt op zoek aan de hand van sporen van eten op plekken waar ze vaak komen en communicatie met een "ervaren tracker".
Op een gegeven moment waren we dichtbij en konden we ze horen. Dat was best spannend maar uiteindelijk was wat we gezien hebben niet meer dan een vluchtige blik op een chimpansee en het zicht van een andere hoog in de bomen. Maar, wel gezien dus. Verder was het leuk om een indruk te krijgen van een tropisch regenwoud. Zeker met het zoeken kregen we die indruk mee omdat we door vrij dichte begroeiing gingen en af en toe een stroompje over moesten. Een vrouw die ook mee was viel daarbij een keer half in het water.
's Middags wilden we echter al gelijk weer door. Ons doel was Kabale en uiteindelijk Lake Bunyonyi. We werden geadviseerd om via Mbarara te reizen, maar onze eerste bestemming was Ishaka dat een klein stukje verder dan het bos lag en wat we achterin een pick-up truck bereikten. Vervolgens verder in een minibustaxi naar Mbarara. Daar aangekomen eerst op zoek naar een bus die vonden we uiteindelijk wel maar door al het aandringen van iedereen en de staat waarin de bussen waren bleef ik toch liever in Mbarara slapen. 
We konden wel min of meer regelen van waar we de volgende ochtend moesten vertrekken. De ochtend begon wat ongezellig en we kwamen tussen acht en half negen 's ochtends aan bij de plek van waar de bus zou gaan. We waren geadviseerd vroeg te komen maar moesten nog wel wachten tot de bus na half elf kwam en rond elf uur vertrok. De weg naar Kabale was vrij belabberd deels omdat er aan gewerkt werd. 
Aangekomen in Kabale werden we weer overspoeld met mensen die wat van ons wilden. We hadden echter besloten om even rustig in Kabale te blijven en konden daar al onze kaartjes terug regelen en nog even wat eten en drinken. Ook even gebeld over accommodatie op een van de eilanden in Lake Bunyonyi waar we tegen het einde van de middag op boda-bodas naartoe gingen. 
We zouden een gratis kano-overtocht naar het eiland kunnen krijgen maar moesten daar nog wel even op wachten. Uiteindelijk maar de kosten van de motorboot overtocht gedeeld met een groep Belgische meisjes want het begon toch wel laat te worden. Gelukkig was er een erg fijne "Geo-dome" voor ons klaar op "Byoona Amagara" waar we die nacht konden slapen. Het was een ruime hut die half open is met een tweepersoonsbed met muskietennet van waaruit je prachtig op het meer kon uitkijken. 
Helaas was er maar voor één nacht een "Geo-dome" vrij want het was erg druk op het eiland. Op donderdag konden we nog naar de dormitory verhuizen maar vanavond was er helemaal geen plek meer vrij voor ons. Daarom zitten we nu weer op het vaste land, maar nog steeds met uitzicht op het meer. Was wel vermoeiend al dat gedoe en verhuizen, zeker bij het reizen op woensdag maar ook op donderdag toen ze ook vergaten dat we eten hadden besteld.
Gisteren een erg rustig dagje gehad waarop we laat opstonden en begonnen met een duik. Nog even gewassen en ons verder vermaakt met wat schrijven, lezen een wandelingetje over het eiland, nog een keer zwemmen en 's avonds "Amelie" gezien. 
Vandaag al vroeg naar het vaste land waar we de markt een beetje gezien hebben en een kano gehuurd om langs de eilanden te varen. Nog een ander eiland aangedaan waar we heerlijk rustig konden rondlopen en bovendien konden lunchen. Na een duik bij terugkomst nog een wandelingetje over de markt die aan het afbouwen was maar nog steeds wat drukker dan 's ochtends vroeg. En nu dus rustig een stukje aan het schrijven. 

Dag allemaal,
Ja, het avontuur gaat verder. Pim en Els in Uganda, klinkt dat spannend of niet? Hm… meer een beetje als Wipneus en Pim eigenlijk. Hoe dan ook, spannend is het af en toe zeker, of in elk geval avontuurlijk. Want ja, slapen in een gehandicapt tentje met 1 matras en 1 deken en aapjes in de bomen om je heen is toch niet iets wat je dagelijks doet. En hoewel ik onze 'vangst' tijdens de chimp-tracking teleurstellend vond, geeft het wel een behoorlijke adrenaline-kick om echt dwars door de jungle te crossen waarbij een kapmes echt geen overbodig attribuut was. Gelukkig niet veel planten met stekels, maar Pim had wel het halve bos meegenomen in zijn haar. 
Ook vond ik het supervet om een stukje in een pick-up truck mee te rijden. Voor iedereen die wel eens 'Peking express' heeft gezien: dat idee :). Maar verder is reizen in Uganda echt een verschrikking. Ik zal heel erg blij zijn als ik veilig en heel in Kampala ben. Maar goed, nog een lange weg te gaan en het enige wat je kunt doen is je overgeven aan het eindeloze wachten, zweterige bussen met weinig ruimte en opdringerige mensen als je totaal verkreukeld zo'n bus uit rolt. 
Genoeg daarover. We zijn bij Lake Bunyonyi gekomen en Pim vond mijn stoffige gezicht wel lief. Het eiland waar we de afgelopen 2 dagen hebben verbleven was heel idyllisch. En onze geo-dome van de eerste nacht een bijzondere ervaring. Ook was het fijn om even niet de hele tijd zeurende mensen aan je kop te hebben die willen dat je ze geld geeft/je ergens naartoe willen meenemen/willen dat je iets van ze koopt/zo lang mogelijk met je mee lopen. Prima dus, zo'n toeristenoord, voor even. Helaas konden we dus niet blijven en zijn we weer verhuisd. Wat een onrust, maar we maken er wel wat van.
Vandaag hebben we lekker gekanoed en was het vooral heel fijn om even lekker samen te kunnen bepalen wat we wilden doen. Een echte vakantiedag. 

Nog een laatste opmerking: er zijn nog wat foto's toegevoegd aan de twee voorgaande berichten.


zondag 7 juli 2013

Els' verjaardag en Fort Portal

De week sinds mijn vorige bericht begon met de verjaardag van Els op zondag. Omdat het niet zo leuk zou zijn om lang te reizen op die dag besloten we niet ver te gaan. We gingen wel naar Hoima, want Masindi was niet leuk genoeg om nog veel langer te blijven en Hoima was niet zo ver en op de route. 
Bovendien was er een hotel met zwembad wat wel ietsje duurder was dan waar we normaal voor sliepen maar nog steeds niet duur voor Europese begrippen. Vanwege de speciale dag gingen we eerst kijken hoe het daar was en het was zeker niet gek om daar voor een nachtje te slapen. Voor we een duik namen gingen we wel nog even het stadje in, vooral omdat we nog moesten lunchen.
Daarna was het toch echt tijd voor een duik maar het begon natuurlijk wel een beetje te regenen en er was wat onweer te horen. Desalniettemin was het fijn om even te zwemmen. 
Tegen het vallen van de avond besloten we naar een plek te gaan waar we volgens onze reisgids wel goed konden eten. Al lag de plek een beetje buiten het stadje, besloten we toch te lopen omdat we de tijd hadden en om nog wat te zien van Hoima en de omgeving. Aangekomen bleek er echter helemaal geen eten te zijn. Dat was jammer maar we hadden gelezen over nog een aardige plek waar we ons met een boda-boda naar toe lieten brengen. Ook geen eten. Verder was er natuurlijk wel genoeg Ugandees voedsel te krijgen, wat normaal gesproken prima is, maar die dag wilden we iets bijzonders.
Voor onze laatste mogelijkheid voor internationaal voedsel, Kon Tiki, aan de andere kant buiten de stad, eerst maar even gebeld. En ja dat was open en ze hadden internationaal eten. Op een boda-boda er naartoe en op een gezellig terrasje heerlijke curry gegeten. Terugkomen was wat lastiger omdat we de bestuurder die ons gebracht had niet meer konden bereiken maar we kwamen uiteindelijk goed en wel terug in ons hotel.
Het was inderdaad erg goed dat we niet op zondag in een keer naar Fort Portal hadden proberen te komen want dat kostte ons maandag al een hele dag. Nog prima ontbeten in het hotel en ook al snel een bustaxi gevonden in het taxi-park. Duurde een half uur en daarna nog wat stoppen voordat we vertrokken over de onverharde weg naar een klein plaatsje halverwege de weg naar Fort Portal. Daar moesten we overstappen en weer lang wachten. 
Na bijna een uur wachten in de hitte en benauwdheid van de taxi kon Els het niet meer hebben. Gelukkig hadden de andere aanwezigen daar begrip voor. Ze moest even bijkomen in de schaduw en daarna gingen we nog even staand buiten de taxi wachten. In totaal duurde onze overstap wel zo'n twee uur, maar uiteindelijk gingen we en we bereikten voor het donker Fort Portal.
Fort Portal had veel te bieden. Onze binnenkomst op maandag ging door prachtige theevelden en nadat we onze tassen hadden achtergelaten bij de "Exotic Lodge" konden we op weg naar de plek waar we gingen eten goed de silhouetten van de Rwenzori Mountains zien. De herrie van een bar vlak naast onze kamer maakte de lange reisdag er niet beter op maar gelukkig konden we een andere kamer krijgen, iets verder van het geluid. 
We moesten het daar met enkel kaarslicht stellen en de toiletten waren ook niet heel geweldig dus besloten we om de volgende dag naar "Tabes Resthouse" te gaan, wat ietsje duurder was, maar het extra geld zeker waard. Zeker omdat we nog wel een aantal dagen in Fort Portal zouden blijven.
Op dinsdag bezochten we de Amabere Caves en de omliggende kratermeren. De grotten waren erg mooi door de stalactieten en stalagmieten die in de naam gevende grot de vorm hadden van borsten, Ambabere betekent borsten. De omgeving rond de grotten had ik nog nergens anders in Afrika zo gezien, deed me denken aan Luxemburg. De palmbomen, wilde bananenplanten en apen die af en toe te zien waren deden me wel weer beseffen dat het klimaat wat tropischer was. 
Dichter bij de meren was het landschap wat kaler, maar direct naast een meer wel weer heel groen. Af en toe was ook het lavagesteente nog goed te zien. Dit landschap was volgens Els weer vergelijkbaar met Frankrijk. Het was een fijn tochtje en we hadden een aardige en goed onderlegde gids.



 
Kratermeer bij de Amabere Caves met in de verte de Rwenzori Mountains


Woensdag was het tijd om fietsen te huren. Er was niet echt een route uitgelegd zoals we uit onze reisgids dachten te hebben opgemaakt, behalve dan naar de Amabere Caves waar we al geweest waren. We konden echter wel een kaartje lenen van het gebied en we kregen aanwijzingen hoe we bij de kratermeren ten zuiden van Fort Portal konden komen. Die vonden we zonder al te veel problemen al bleken de kaartjes in de reisgids handiger dan de kaart die we gekregen hadden. 
We dachten een mooie route te hebben uitgestippeld maar zijn hem ergens kwijt geraakt waardoor we na een lange weg omlaag een beetje verdwaald waren. Na wat vragen hadden we weer een beetje een idee van waar we naartoe moesten maar we waren allebei al best wel moe. Bovendien was ik vrij ongelukkig gevallen en had mijn hand een beetje opengehaald wat de boel ook niet leuker maakte.
  Na een bescheiden lunch die we gelukkig bij ons hadden gingen we weer op weg maar na een uur werd duidelijk dat het vooral voor Els, maar achteraf gezien waarschijnlijk ook voor mij echt te veel gevraagd was om helemaal terug naar Fort Portal te fietsen. 
We waren radeloos. Een lokale bewoonster bood ons aan om op de fietsen te passen, zodat we die dan de dag er na konden ophalen. We besloten echter om eerst naar de "Lake Kifuruka Campsite" te gaan die niet al te ver meer was in de hoop dat we vanaf daar vervoer konden krijgen voor onszelf en onze fietsen. We werden daar goed ontvangen door "Noah" en uiteindelijk was er inderdaad een auto die ons en onze fietsen mee kon nemen naar Fort Portal voor een prima prijs.   
We waren beiden uitgeput en waren blij dat we op onze kamer waren aangekomen, waar we ons konden opfrissen. We waren heel vies. Helaas was het beetje openhalen van mijn hand niet het enige wat er mis mee was want mijn pols begon ook dikker te worden en een beetje pijn te doen. Rust gehouden, na raadplegen van de moeder van Els nog meer en donderdag de hele dag met een mitella rondgelopen. Eerst woensdagavond nog heerlijk Italiaans gegeten, ik Pizza en Els spaghetti, met een toetje! Els Italiaans ijs en ik een Brownie. Dat was lang geleden en erg lekker. Ik was blij toen ik 's avonds in bed lag.
Donderdag uiteindelijk niet weer naar de Crater Lakes gegaan zoals we eerst van plan waren maar een rustdag genomen. Niet zo veel gedaan dus. Vrijdag deden we nog steeds best wel rustig aan maar we gingen 's ochtends wel naar de "Lake Kifuruka Campsite" waar we twee dagen eerder ook al even geweest waren. Met mijn pols ging het al stukken beter maar Els was nog steeds erg moe en ik was ook nog niet helemaal fit. Werd misschien nog wel minder fit en aan het eind van de dag verkouden. 
Toch op zaterdag een tocht naar de "Mahoma Falls" met Noah die een goede gids is. Bij de watervallen "Ge-poweshowerd"! Wat lekker was en ook de wandeling was erg fijn en leidde ons door mooie heuvels en langs een aantal van de prachtige kratermeren. Was fijn om weer even actief te zijn maar voelde me niet helemaal lekker die dag en dus weer vroeg naar bed.

Powershower bij de Mahoma Falls

Vanmorgen, zondag, ging het al weer iets beter maar ben nog steeds verkouden. We hebben besloten om ons plan om een dagtocht door de Rwenzori Mountains te doen laten varen en zijn vanochtend vertrokken naar Kasese, waar ik dit schrijf in de "Soft Bar and Lodge". De omgeving is hier een stuk kaler dan wat ik tot nu toe in Uganda gezien heb en het is ook erg warm buiten. We zitten wel heel dicht bij de bergen. Verder niet bijster interessant hier, dus morgen gaan we nog verder naar het zuiden. 

Hallo!
De inmiddels vaste rubriek 'Els heeft nog wat te zeggen' komt ook weer aan bod. Als ik Pim's verhaal zo nalees krijg ik het idee dat bijna niets zo is gelopen als we hadden gewild, haha. Nou, op wat mindere momentjes na zijn we ondanks alles toch heel erg aan het genieten hoor. Op mijn verjaardag hebben we er echt wat van gemaakt, bijvoorbeeld ook door als lunch een hele watermeloen en een ananas (die hier heel vers zijn) te verorberen. Zo lekker! En hoe vaak vier je nou je verjaardag in Afrika, zoals mijn vader al smste. 
Wat de reis van de volgende dag betreft: Ik dacht dat ik mijn geduld al wel aardig had opgerekt, zeker voor Nederlandse begrippen. Maar in de bloedhitte in een taxibusje moeten wachten tot hij vol is en geen idee hebben hoe lang dat duurt, wetende dat de rit ook niet erg comfortabel zal zijn, dat kon ik toch nog niet aan. Het is ook heel raar, want je wordt zo'n beetje uit het vorige busje gesleurd en binnen 10 seconden ligt je bagage alweer in busje nummer 2 waarna je er zelf ook wordt bijgepropt, om vervolgens dus uiteindelijk 2 uur te wachten. 
Efficiency werkt hier echt heel anders dan in Europa. Vaak is het ook helemaal niet voordelig om efficiënt te zijn, want dan heeft de helft van de mensen geen baan (denk aan tassenbewakers, boodschappeninpakkers, menseninbusjesladers - 4 per busje ofzo-, 2 mensen achter een balie waar 1 keer per dag iemand komt enzovoorts). 
 Tijdens het wachten raakten we trouwens nog met Ugandezen in gesprek die steeds vroegen of ze niet met mij konden trouwen. In Kampala gebeurde dat ook al, dan vroegen ze aan Pim of ik z'n zus was. 'Boyfriend' is hier een beetje raar begrip, dan heb je eigenlijk geen relatie. Dus nu moet ik aanleren om tegen Ugandezen te zeggen dat Pim mijn 'husband' is. Jaja. Ook nog een gesprek gehad met 2 jongens over de man-vrouw verhoudingen hier. Word ik nogal allergisch van, maar wat ik heel mooi vond is dat zij (de mannen dus) uiteindelijk zeiden dat het goed zou zijn als het meer gelijk zou worden, net als bij ons in Nederland. Yes, dat gaat de goede kant op.
Hoe dan ook, we zijn in Fort Portal gekomen en dit was één van de best georganiseerde steden tot nu toe, er waren zelfs een paar bankjes op grasveldjes en stoepen. Het Tabes Resthouse waar we verbleven had een soort balkon met een prachtig uitzicht op de Rwenzori Mountains en ook het stadsleven kon je aardig goed bestuderen, zonder er onderdeel van te zijn. 
Tijdens onze fietstocht hebben we onszelf een beetje overschat… ik ben nog nooit zo moe geweest en heb nog niet eerder het gevoel gehad echt niet meer te kunnen. Wat een mazzel dat we terug zijn gekomen in Fort Portal, met fietsen! Twee dagen later was ik nog steeds zo moe dat ik na een wandeling van een kwartier een uur heb geslapen. Ahum, dat mag niet nog eens gebeuren. Die heuvels hier zijn echt verraderlijk en de wegen slecht en gevaarlijk, zoals Pim heeft gemerkt. Ik heb trouwens wel gelachen om zijn mitella gemaakt van een groen shirt, terwijl hij zelf ook een groen shirt droeg. Echt een plaatje ;-).
Verder heb ik de afgelopen week het meest genoten van de wandeling bij de Caves (ik heb achter een waterval gestaan, hoe vet) en de omgeving daar. Verder ook heel erg van ons verblijf bij de kratermeren. De Kifuruka campsite was heel basic, maar ons huisje prima, het uitzicht prachtig, de mensen superaardig, de douche uit een emmer zeer creatief en als er geen elektriciteit is kun je tenminste de sterren echt goed zien. Ik heb zelfs mijn angst voor een gat als wc overwonnen. Ook de wandeling naar de waterval en daar onder zitten was geweldig!
 En al is het een beetje jammer dat we niet meer gaan wandelen in de bergen omdat Pim zich niet zo lekker voelt, er is nog genoeg te beleven hier in Uganda. Komende week staan een jungle-walk en Lake Bunyoni (waar we misschien op een eiland gaan kamperen) op de planning en wie weet een tweede poging voor een bezoek aan het Medical center.