zaterdag 24 augustus 2013

Het laatste bericht


Ik ben alweer een hele ruime maand terug in Nederland, maar mijn laatste blogpost heeft maar op zich laten wachten. Omdat hij er eigenlijk toch wel moest komen is hij hier dan eindelijk. Ik moet immers nog de avonturen van onze laatste week opschrijven en ik zal ook wat schrijven over het terugkomen in Nederland. 

Mijn laatste bericht eindigde met een stukje over Lake Bunyonyi en ons vele verhuizen van slaapplaats naar slaapplaats daar. Het bleef niet bij die twee keer want op het vaste land was ook al weer de kamer geboekt waar we eerst in sliepen dus moesten we weer naar een andere kamer toe. 
Voor het verhuizen hadden we al een vrij lange wandeling gemaakt met prachtige uitzichten op het meer en langs nog wat aardige grotten. Onze gids schatte ons echter fitter in dan we waren en was zelf ook behoorlijk fit. Dus het stukje wandelen was vooral voor Els vrij heftig en het lukte ons ook niet om snel na aankomst een lunch te krijgen dus het moeten verhuizen was niet een hele leuke bijkomstigheid. Gelukkig konden we nog wel een laatste duik nemen in het meer.

Lake Bunyonyi 

De volgende dag vroeg op weg naar Kabale om van daar de bus naar Masaka te nemen. Onze ervaring met de vorige bus was niet zo goed en we hadden niet al te grote verwachtingen. We waren verbaasd toen de bus inderdaad om half 10 wegreed maar hadden kunnen verwachten dat hij alleen maar 500 m verder ging wachten tot hij twee en een half uur later vol was. Later voor de grap nog een e-mail geschreven naar het busbedrijf omdat Els het zo gehad had, maar de twee e-mailadressen die te vinden waren bestonden niet. 
Toch kwamen we in Masaka waar we nog met Andrew, de lab-assistent die daar woont, konden afspreken. Was leuk om hem nog even te zien en om hem aan Els voor te stellen.
Maandag gingen we naar de plek waar ik 4 maanden had verbleven, zonder dat daar te laten weten. Iedereen die er was vond het leuk om me weer te zien en het was goed om alles weer aan Els te laten zien. Wel werd duidelijk dat Richard, die er niet was, het niet zo leuk vond dat we kwamen. We bleven dus maar heel kort maar wel nog iedereen gezien, Els alles laten zien en nog een les bijgewoond op de basisschool in de buurt waar Rogers les gaf.
Toen 's middags door naar Kampala waar we gelijk een dag wildwater rafter boekten voor de volgende dag. We werden vroeg opgehaald bij ons hostel en hadden een top dag. Wel een heftige ervaring op sommige momenten, wilder dan wat ik eerder had gedaan maar zeker leuk. Ook om weer in de Nijl te zwemmen!
Wel lekker moe na zo'n dag maar dat werd niet beter na de woensdag te besteden aan souvenirs kopen. Donderdag konden we wel rustig aan doen. 's Ochtends nog een kist gekocht waar die souvenirs dan in konden en naar Entebbe gegaan. Kort nachtje zou het wel worden want we moesten rond 1 uur al weer op om naar het vliegveld te gaan.
Vliegtuig ging te laat uit Entebbe weg waardoor ik mijn aansluiting mistte in Istanbul. Gelukkig was dat te regelen en kwam het uiteindelijk zo uit dat ik naast Els in het vliegtuig zat waar zij mee zou gaan. Zij kon bij het boeken van haar ticket namelijk niet meer dezelfde vlucht als ik boeken. Was dus niet zo'n probleem en tegen het einde van de middag kwamen we veilig met bagage op Schiphol aan. 

In het begin even wennen aan niet meer opvallen, de luxe en de automatismen die nog ergens zaten. Kon mijn eerste glas water uit de kraan erg waarderen evenals de ruimte en stiptheid van de trein. Die luxe went wel weer snel en ik kon ook weer gauw mijn weg vinden in de stad en in mijn keuken. Moest ook in het begin nog even wennen aan de problemen die hier spelen en die zo'n contrast vormen met problemen in Uganda waar mensen niets hebben. 
De ervaringen die ik heb opgedaan en de dingen die ik gezien heb zal ik zeker meenemen en ik weet nu een beetje waar het over gaat als het over het Afrikaanse continent gaat maar ben ook wel weer gewend aan het leven hier en zal proberen Uganda daarin een plekje te geven. 

vrijdag 12 juli 2013

Lake Bunyonyi via Kalinzu Forest

De laatste week breekt aan maar eerst nog even over de een na laatste schrijven. Die begon in Kasese, waar ik het laatste stukje schreef en waar we best nog even genoten hebben van de uitzichten op de Rwenzori Mountains. Na een korte wandeling rond Kasese vertrokken we naar "Kalinzu Forest" wat een niet al te grote reis was door het Queen Elizabeth National Park. Onderweg nauwelijks wild gezien maar wel Savanne. 
Bij het bos wilde we eerst even controleren of we daar konden slapen of dat we voor de nacht nog even door moesten reizen naar een andere plek. Ze hadden echter een tentje voor ons met matras en deken. Tentje was niet al te groot en een stok was bovendien gebroken. Gelukkig had ik nog ducktape en paperclips waarmee we de stok enigszins konden repareren. We hebben de nacht er mee gehaald en ondanks dat het matras eigenlijk voor één persoon was hebben we toen best goed geslapen. 


Els bij ons "gehandicapte" tentje


We vermaakten ons die middag nog met een kleine was, lezen, aapjes kijken (die vlakbij in de bomen zaten) en een wandelingetje langs de theevelden in de buurt. De volgende dag, dinsdag, gingen we "Chipanzee Tracken", we waren eerst van plan om gewoon een tocht te doen door het bos, maar omdat dit ook een optie was die vergeleken met andere plekken zeer voordelig was, besloten we om de kans te wagen. De kans op Chimpansees was niet super groot maar we gingen wel echt op zoek aan de hand van sporen van eten op plekken waar ze vaak komen en communicatie met een "ervaren tracker".
Op een gegeven moment waren we dichtbij en konden we ze horen. Dat was best spannend maar uiteindelijk was wat we gezien hebben niet meer dan een vluchtige blik op een chimpansee en het zicht van een andere hoog in de bomen. Maar, wel gezien dus. Verder was het leuk om een indruk te krijgen van een tropisch regenwoud. Zeker met het zoeken kregen we die indruk mee omdat we door vrij dichte begroeiing gingen en af en toe een stroompje over moesten. Een vrouw die ook mee was viel daarbij een keer half in het water.
's Middags wilden we echter al gelijk weer door. Ons doel was Kabale en uiteindelijk Lake Bunyonyi. We werden geadviseerd om via Mbarara te reizen, maar onze eerste bestemming was Ishaka dat een klein stukje verder dan het bos lag en wat we achterin een pick-up truck bereikten. Vervolgens verder in een minibustaxi naar Mbarara. Daar aangekomen eerst op zoek naar een bus die vonden we uiteindelijk wel maar door al het aandringen van iedereen en de staat waarin de bussen waren bleef ik toch liever in Mbarara slapen. 
We konden wel min of meer regelen van waar we de volgende ochtend moesten vertrekken. De ochtend begon wat ongezellig en we kwamen tussen acht en half negen 's ochtends aan bij de plek van waar de bus zou gaan. We waren geadviseerd vroeg te komen maar moesten nog wel wachten tot de bus na half elf kwam en rond elf uur vertrok. De weg naar Kabale was vrij belabberd deels omdat er aan gewerkt werd. 
Aangekomen in Kabale werden we weer overspoeld met mensen die wat van ons wilden. We hadden echter besloten om even rustig in Kabale te blijven en konden daar al onze kaartjes terug regelen en nog even wat eten en drinken. Ook even gebeld over accommodatie op een van de eilanden in Lake Bunyonyi waar we tegen het einde van de middag op boda-bodas naartoe gingen. 
We zouden een gratis kano-overtocht naar het eiland kunnen krijgen maar moesten daar nog wel even op wachten. Uiteindelijk maar de kosten van de motorboot overtocht gedeeld met een groep Belgische meisjes want het begon toch wel laat te worden. Gelukkig was er een erg fijne "Geo-dome" voor ons klaar op "Byoona Amagara" waar we die nacht konden slapen. Het was een ruime hut die half open is met een tweepersoonsbed met muskietennet van waaruit je prachtig op het meer kon uitkijken. 
Helaas was er maar voor één nacht een "Geo-dome" vrij want het was erg druk op het eiland. Op donderdag konden we nog naar de dormitory verhuizen maar vanavond was er helemaal geen plek meer vrij voor ons. Daarom zitten we nu weer op het vaste land, maar nog steeds met uitzicht op het meer. Was wel vermoeiend al dat gedoe en verhuizen, zeker bij het reizen op woensdag maar ook op donderdag toen ze ook vergaten dat we eten hadden besteld.
Gisteren een erg rustig dagje gehad waarop we laat opstonden en begonnen met een duik. Nog even gewassen en ons verder vermaakt met wat schrijven, lezen een wandelingetje over het eiland, nog een keer zwemmen en 's avonds "Amelie" gezien. 
Vandaag al vroeg naar het vaste land waar we de markt een beetje gezien hebben en een kano gehuurd om langs de eilanden te varen. Nog een ander eiland aangedaan waar we heerlijk rustig konden rondlopen en bovendien konden lunchen. Na een duik bij terugkomst nog een wandelingetje over de markt die aan het afbouwen was maar nog steeds wat drukker dan 's ochtends vroeg. En nu dus rustig een stukje aan het schrijven. 

Dag allemaal,
Ja, het avontuur gaat verder. Pim en Els in Uganda, klinkt dat spannend of niet? Hm… meer een beetje als Wipneus en Pim eigenlijk. Hoe dan ook, spannend is het af en toe zeker, of in elk geval avontuurlijk. Want ja, slapen in een gehandicapt tentje met 1 matras en 1 deken en aapjes in de bomen om je heen is toch niet iets wat je dagelijks doet. En hoewel ik onze 'vangst' tijdens de chimp-tracking teleurstellend vond, geeft het wel een behoorlijke adrenaline-kick om echt dwars door de jungle te crossen waarbij een kapmes echt geen overbodig attribuut was. Gelukkig niet veel planten met stekels, maar Pim had wel het halve bos meegenomen in zijn haar. 
Ook vond ik het supervet om een stukje in een pick-up truck mee te rijden. Voor iedereen die wel eens 'Peking express' heeft gezien: dat idee :). Maar verder is reizen in Uganda echt een verschrikking. Ik zal heel erg blij zijn als ik veilig en heel in Kampala ben. Maar goed, nog een lange weg te gaan en het enige wat je kunt doen is je overgeven aan het eindeloze wachten, zweterige bussen met weinig ruimte en opdringerige mensen als je totaal verkreukeld zo'n bus uit rolt. 
Genoeg daarover. We zijn bij Lake Bunyonyi gekomen en Pim vond mijn stoffige gezicht wel lief. Het eiland waar we de afgelopen 2 dagen hebben verbleven was heel idyllisch. En onze geo-dome van de eerste nacht een bijzondere ervaring. Ook was het fijn om even niet de hele tijd zeurende mensen aan je kop te hebben die willen dat je ze geld geeft/je ergens naartoe willen meenemen/willen dat je iets van ze koopt/zo lang mogelijk met je mee lopen. Prima dus, zo'n toeristenoord, voor even. Helaas konden we dus niet blijven en zijn we weer verhuisd. Wat een onrust, maar we maken er wel wat van.
Vandaag hebben we lekker gekanoed en was het vooral heel fijn om even lekker samen te kunnen bepalen wat we wilden doen. Een echte vakantiedag. 

Nog een laatste opmerking: er zijn nog wat foto's toegevoegd aan de twee voorgaande berichten.


zondag 7 juli 2013

Els' verjaardag en Fort Portal

De week sinds mijn vorige bericht begon met de verjaardag van Els op zondag. Omdat het niet zo leuk zou zijn om lang te reizen op die dag besloten we niet ver te gaan. We gingen wel naar Hoima, want Masindi was niet leuk genoeg om nog veel langer te blijven en Hoima was niet zo ver en op de route. 
Bovendien was er een hotel met zwembad wat wel ietsje duurder was dan waar we normaal voor sliepen maar nog steeds niet duur voor Europese begrippen. Vanwege de speciale dag gingen we eerst kijken hoe het daar was en het was zeker niet gek om daar voor een nachtje te slapen. Voor we een duik namen gingen we wel nog even het stadje in, vooral omdat we nog moesten lunchen.
Daarna was het toch echt tijd voor een duik maar het begon natuurlijk wel een beetje te regenen en er was wat onweer te horen. Desalniettemin was het fijn om even te zwemmen. 
Tegen het vallen van de avond besloten we naar een plek te gaan waar we volgens onze reisgids wel goed konden eten. Al lag de plek een beetje buiten het stadje, besloten we toch te lopen omdat we de tijd hadden en om nog wat te zien van Hoima en de omgeving. Aangekomen bleek er echter helemaal geen eten te zijn. Dat was jammer maar we hadden gelezen over nog een aardige plek waar we ons met een boda-boda naar toe lieten brengen. Ook geen eten. Verder was er natuurlijk wel genoeg Ugandees voedsel te krijgen, wat normaal gesproken prima is, maar die dag wilden we iets bijzonders.
Voor onze laatste mogelijkheid voor internationaal voedsel, Kon Tiki, aan de andere kant buiten de stad, eerst maar even gebeld. En ja dat was open en ze hadden internationaal eten. Op een boda-boda er naartoe en op een gezellig terrasje heerlijke curry gegeten. Terugkomen was wat lastiger omdat we de bestuurder die ons gebracht had niet meer konden bereiken maar we kwamen uiteindelijk goed en wel terug in ons hotel.
Het was inderdaad erg goed dat we niet op zondag in een keer naar Fort Portal hadden proberen te komen want dat kostte ons maandag al een hele dag. Nog prima ontbeten in het hotel en ook al snel een bustaxi gevonden in het taxi-park. Duurde een half uur en daarna nog wat stoppen voordat we vertrokken over de onverharde weg naar een klein plaatsje halverwege de weg naar Fort Portal. Daar moesten we overstappen en weer lang wachten. 
Na bijna een uur wachten in de hitte en benauwdheid van de taxi kon Els het niet meer hebben. Gelukkig hadden de andere aanwezigen daar begrip voor. Ze moest even bijkomen in de schaduw en daarna gingen we nog even staand buiten de taxi wachten. In totaal duurde onze overstap wel zo'n twee uur, maar uiteindelijk gingen we en we bereikten voor het donker Fort Portal.
Fort Portal had veel te bieden. Onze binnenkomst op maandag ging door prachtige theevelden en nadat we onze tassen hadden achtergelaten bij de "Exotic Lodge" konden we op weg naar de plek waar we gingen eten goed de silhouetten van de Rwenzori Mountains zien. De herrie van een bar vlak naast onze kamer maakte de lange reisdag er niet beter op maar gelukkig konden we een andere kamer krijgen, iets verder van het geluid. 
We moesten het daar met enkel kaarslicht stellen en de toiletten waren ook niet heel geweldig dus besloten we om de volgende dag naar "Tabes Resthouse" te gaan, wat ietsje duurder was, maar het extra geld zeker waard. Zeker omdat we nog wel een aantal dagen in Fort Portal zouden blijven.
Op dinsdag bezochten we de Amabere Caves en de omliggende kratermeren. De grotten waren erg mooi door de stalactieten en stalagmieten die in de naam gevende grot de vorm hadden van borsten, Ambabere betekent borsten. De omgeving rond de grotten had ik nog nergens anders in Afrika zo gezien, deed me denken aan Luxemburg. De palmbomen, wilde bananenplanten en apen die af en toe te zien waren deden me wel weer beseffen dat het klimaat wat tropischer was. 
Dichter bij de meren was het landschap wat kaler, maar direct naast een meer wel weer heel groen. Af en toe was ook het lavagesteente nog goed te zien. Dit landschap was volgens Els weer vergelijkbaar met Frankrijk. Het was een fijn tochtje en we hadden een aardige en goed onderlegde gids.



 
Kratermeer bij de Amabere Caves met in de verte de Rwenzori Mountains


Woensdag was het tijd om fietsen te huren. Er was niet echt een route uitgelegd zoals we uit onze reisgids dachten te hebben opgemaakt, behalve dan naar de Amabere Caves waar we al geweest waren. We konden echter wel een kaartje lenen van het gebied en we kregen aanwijzingen hoe we bij de kratermeren ten zuiden van Fort Portal konden komen. Die vonden we zonder al te veel problemen al bleken de kaartjes in de reisgids handiger dan de kaart die we gekregen hadden. 
We dachten een mooie route te hebben uitgestippeld maar zijn hem ergens kwijt geraakt waardoor we na een lange weg omlaag een beetje verdwaald waren. Na wat vragen hadden we weer een beetje een idee van waar we naartoe moesten maar we waren allebei al best wel moe. Bovendien was ik vrij ongelukkig gevallen en had mijn hand een beetje opengehaald wat de boel ook niet leuker maakte.
  Na een bescheiden lunch die we gelukkig bij ons hadden gingen we weer op weg maar na een uur werd duidelijk dat het vooral voor Els, maar achteraf gezien waarschijnlijk ook voor mij echt te veel gevraagd was om helemaal terug naar Fort Portal te fietsen. 
We waren radeloos. Een lokale bewoonster bood ons aan om op de fietsen te passen, zodat we die dan de dag er na konden ophalen. We besloten echter om eerst naar de "Lake Kifuruka Campsite" te gaan die niet al te ver meer was in de hoop dat we vanaf daar vervoer konden krijgen voor onszelf en onze fietsen. We werden daar goed ontvangen door "Noah" en uiteindelijk was er inderdaad een auto die ons en onze fietsen mee kon nemen naar Fort Portal voor een prima prijs.   
We waren beiden uitgeput en waren blij dat we op onze kamer waren aangekomen, waar we ons konden opfrissen. We waren heel vies. Helaas was het beetje openhalen van mijn hand niet het enige wat er mis mee was want mijn pols begon ook dikker te worden en een beetje pijn te doen. Rust gehouden, na raadplegen van de moeder van Els nog meer en donderdag de hele dag met een mitella rondgelopen. Eerst woensdagavond nog heerlijk Italiaans gegeten, ik Pizza en Els spaghetti, met een toetje! Els Italiaans ijs en ik een Brownie. Dat was lang geleden en erg lekker. Ik was blij toen ik 's avonds in bed lag.
Donderdag uiteindelijk niet weer naar de Crater Lakes gegaan zoals we eerst van plan waren maar een rustdag genomen. Niet zo veel gedaan dus. Vrijdag deden we nog steeds best wel rustig aan maar we gingen 's ochtends wel naar de "Lake Kifuruka Campsite" waar we twee dagen eerder ook al even geweest waren. Met mijn pols ging het al stukken beter maar Els was nog steeds erg moe en ik was ook nog niet helemaal fit. Werd misschien nog wel minder fit en aan het eind van de dag verkouden. 
Toch op zaterdag een tocht naar de "Mahoma Falls" met Noah die een goede gids is. Bij de watervallen "Ge-poweshowerd"! Wat lekker was en ook de wandeling was erg fijn en leidde ons door mooie heuvels en langs een aantal van de prachtige kratermeren. Was fijn om weer even actief te zijn maar voelde me niet helemaal lekker die dag en dus weer vroeg naar bed.

Powershower bij de Mahoma Falls

Vanmorgen, zondag, ging het al weer iets beter maar ben nog steeds verkouden. We hebben besloten om ons plan om een dagtocht door de Rwenzori Mountains te doen laten varen en zijn vanochtend vertrokken naar Kasese, waar ik dit schrijf in de "Soft Bar and Lodge". De omgeving is hier een stuk kaler dan wat ik tot nu toe in Uganda gezien heb en het is ook erg warm buiten. We zitten wel heel dicht bij de bergen. Verder niet bijster interessant hier, dus morgen gaan we nog verder naar het zuiden. 

Hallo!
De inmiddels vaste rubriek 'Els heeft nog wat te zeggen' komt ook weer aan bod. Als ik Pim's verhaal zo nalees krijg ik het idee dat bijna niets zo is gelopen als we hadden gewild, haha. Nou, op wat mindere momentjes na zijn we ondanks alles toch heel erg aan het genieten hoor. Op mijn verjaardag hebben we er echt wat van gemaakt, bijvoorbeeld ook door als lunch een hele watermeloen en een ananas (die hier heel vers zijn) te verorberen. Zo lekker! En hoe vaak vier je nou je verjaardag in Afrika, zoals mijn vader al smste. 
Wat de reis van de volgende dag betreft: Ik dacht dat ik mijn geduld al wel aardig had opgerekt, zeker voor Nederlandse begrippen. Maar in de bloedhitte in een taxibusje moeten wachten tot hij vol is en geen idee hebben hoe lang dat duurt, wetende dat de rit ook niet erg comfortabel zal zijn, dat kon ik toch nog niet aan. Het is ook heel raar, want je wordt zo'n beetje uit het vorige busje gesleurd en binnen 10 seconden ligt je bagage alweer in busje nummer 2 waarna je er zelf ook wordt bijgepropt, om vervolgens dus uiteindelijk 2 uur te wachten. 
Efficiency werkt hier echt heel anders dan in Europa. Vaak is het ook helemaal niet voordelig om efficiënt te zijn, want dan heeft de helft van de mensen geen baan (denk aan tassenbewakers, boodschappeninpakkers, menseninbusjesladers - 4 per busje ofzo-, 2 mensen achter een balie waar 1 keer per dag iemand komt enzovoorts). 
 Tijdens het wachten raakten we trouwens nog met Ugandezen in gesprek die steeds vroegen of ze niet met mij konden trouwen. In Kampala gebeurde dat ook al, dan vroegen ze aan Pim of ik z'n zus was. 'Boyfriend' is hier een beetje raar begrip, dan heb je eigenlijk geen relatie. Dus nu moet ik aanleren om tegen Ugandezen te zeggen dat Pim mijn 'husband' is. Jaja. Ook nog een gesprek gehad met 2 jongens over de man-vrouw verhoudingen hier. Word ik nogal allergisch van, maar wat ik heel mooi vond is dat zij (de mannen dus) uiteindelijk zeiden dat het goed zou zijn als het meer gelijk zou worden, net als bij ons in Nederland. Yes, dat gaat de goede kant op.
Hoe dan ook, we zijn in Fort Portal gekomen en dit was één van de best georganiseerde steden tot nu toe, er waren zelfs een paar bankjes op grasveldjes en stoepen. Het Tabes Resthouse waar we verbleven had een soort balkon met een prachtig uitzicht op de Rwenzori Mountains en ook het stadsleven kon je aardig goed bestuderen, zonder er onderdeel van te zijn. 
Tijdens onze fietstocht hebben we onszelf een beetje overschat… ik ben nog nooit zo moe geweest en heb nog niet eerder het gevoel gehad echt niet meer te kunnen. Wat een mazzel dat we terug zijn gekomen in Fort Portal, met fietsen! Twee dagen later was ik nog steeds zo moe dat ik na een wandeling van een kwartier een uur heb geslapen. Ahum, dat mag niet nog eens gebeuren. Die heuvels hier zijn echt verraderlijk en de wegen slecht en gevaarlijk, zoals Pim heeft gemerkt. Ik heb trouwens wel gelachen om zijn mitella gemaakt van een groen shirt, terwijl hij zelf ook een groen shirt droeg. Echt een plaatje ;-).
Verder heb ik de afgelopen week het meest genoten van de wandeling bij de Caves (ik heb achter een waterval gestaan, hoe vet) en de omgeving daar. Verder ook heel erg van ons verblijf bij de kratermeren. De Kifuruka campsite was heel basic, maar ons huisje prima, het uitzicht prachtig, de mensen superaardig, de douche uit een emmer zeer creatief en als er geen elektriciteit is kun je tenminste de sterren echt goed zien. Ik heb zelfs mijn angst voor een gat als wc overwonnen. Ook de wandeling naar de waterval en daar onder zitten was geweldig!
 En al is het een beetje jammer dat we niet meer gaan wandelen in de bergen omdat Pim zich niet zo lekker voelt, er is nog genoeg te beleven hier in Uganda. Komende week staan een jungle-walk en Lake Bunyoni (waar we misschien op een eiland gaan kamperen) op de planning en wie weet een tweede poging voor een bezoek aan het Medical center.

zaterdag 29 juni 2013

Van Lake Victoria naar de Murchison Falls

Er zit weer een volle week op die snel voorbij is gegaan. Maandag waren we nog op de Ssese eilanden. We bleven echter niet in het meer toeristische oostelijke gedeelte van Buggala Island maar gingen rustig naar Luku in de westpunt. Vandaar uit ging een boot die wat vaker ging dan aan de oostkust en korter duurde. In onze reisgids hadden we ook gelezen dat er een of andere Lodge moest zijn waar we konden overnachten.
    DIe lodge was niet zo makkelijk te vinden. Als twee blanken met grote rugzakken vielen we natuurlijk wel op. Na aan iemand vragen werden we niet wijs waar we naartoe moesten dus liepen we eens stukje landinwaarts. Na even te hebben gelopen werden we weer een stukje terug gewezen en kwamen we inderdaad langs iets wat wel de lodge zou kunnen zijn volgens Els. Omdat er noch mensen noch een naambordje was liepen we toch door maar al gauw kwam "Joana" ons tegemoet die zei dat we toch moesten zijn waar we net voorbij gelopen waren. Zij was onze gastvrouw en maakte een kleine kamer voor ons schoon. Was prima voor een nacht maar niet leuk genoeg om er langer dan dat te blijven dus op dinsdag weer met de boot naar het vaste land.
    Het idee was dat we langs de plek zouden gaan waar ik 4 maanden heb gezeten maar door gedoe gerelateerd aan de reden van mijn plotselinge vertrek moesten we dat plan uiteindelijk laten varen en gingen we in een keer naar Kampala. Vanaf de plek waar de boot het vaste land bereikte was niet heel veel vervoer dus dat betekende dat we met 11 mensen in een auto bedoeld voor maximaal 5 naar Masaka gingen. Vandaar konden we een bustaxi nemen naar Kampala, over de weg die voor mij inmiddels al aardig bekend was maar die ik nog nooit in zijn geheel in een keer had gevolgd.
    Woensdag hadden we een dag in Kampala. We hebben Owino market bezocht, waar ik aan het begin van mijn verblijf in Uganda ook al wat over geschreven heb en daarna de Gadhafi Moskee. Die is pas in gebruik sinds 2008 en dus erg nieuw en ook mooi. We konden de minaret beklimmen om van een prachtig uitzicht over Kampala te kunnen genieten. 's Avonds hebben we zelf gekookt omdat dat kon in de "Red Chili Hostel and Campsite". Dat was voor mij al een hele tijd geleden.
    Donderdagochtend vertrokken we al vrij vroeg naar het Murchison Falls National Park met een tour die georganiseerd werd door Red Chili. We zaten in een safari busje met Patrick, onze chauffeur, John uit New York en Melinda uit Houston. Viel dus wel mee hoe vol het busje was en dat was wel fijn.
    Het was een langer rit naar het park en onze eerste bestemming binnen het park was de "Top of the Falls", wat dus de bovenkant van de Murchison Falls was. Daar eerst even geluncht en daarna een korte wandeling gemaakt om de watervallen van alle kanten te kunnen bekijken. Het eerste stukje door het park, aan de zuidkant van de Victoria Nijl was vrij bebost dus het meeste van het wild wat er voorkwam konden we niet zien. Maar we hadden op onze eerste dag al wel wat ontmoetingen met Baboons en Wrattenzwijnen. Ook zagen we een enkele Antilope en een aantal Afrikaanse Buffels die een modderbad namen.

 De top of the falls

    We verbleven in het park in het "Red Chili Restcamp" in een safaritent met bedden. In het "Restcamp" liepen ook de nodige beesten rond. We hebben er niet veel Baboons gezien maar genoeg Wrattenzwijnen die uit waren op je eten als je niet uitkeek. Het was ook niet toegestaan om eten in je tent te hebben, dat zou er namelijk voor zorgen dat zowel de tent als de tas waar het eten in zat zou worden opengescheurd door ofwel Baboons ofwel Wrattenzwijnen. Dat was ook wel de charme van in het park kamperen. Verder zouden er ook zo nu en dan Nijlpaarden door het kamp lopen en inderdaad op onze laatste avond moesten we even wachten op het Nijlpaard dat dicht bij onze tent aan het grazen was. Toen we in de tent waren liep het nog een half rondje om onze tent heen. Het had inderdaad zijn charme maar je moest geen stomme dingen doen.
    Op vrijdagochtend stonden we net voor zonsopgang op en staken we al snel de Nijl over om in de Savanne aan de andere kant aan onze safari te beginnen. Het was inderdaad een stuk minder bebost aan de overkant maar nog wel erg groen. Al snel zagen we een Olifant die van een boom aan het eten was, waarbij we goed zijn bek en slagtanden konden bewonderen. We zagen ook al gauw wat meer Antilopen, vooral Hartebeasts, Ugandan Kobs en de wat kleinere Oribis maar we hebben ook wat Waterbucks gezien. Verder waren er veel Wrattenzwijnen en er waren Afrikaanse Buffels. Het duurde ook niet lang voor we onze eerste Giraffes zagen, die waren ook in grote hoeveelheden aanwezig. Dichterbij de Nijl waren grote hoeveelheden Nijlpaarden en we hebben ook een Leeuw met drie poten kunnen bewonderen die ergens lag de luieren. Verder nog één Jakhals en één Hyena en natuurlijk aardig wat vogels.

Olifant!

    's Middags was het tijd voor een boottocht over de Nijl om nog een keer de Murchison Falls te zien maar ook nog wild te bezichtigen. Dat wild bestond voornamelijk uit Nijlpaarden maar we hebben ook Krokodillen gezien en nog Antilopen, Buffels, Olifanten en Wrattenzwijnen. Wat ook mooi was om te zien waren de "Red-throated bee eaters" en een aantal andere vogels die langs de Nijl verbleven. Het was een leuke afwisseling van een "auto-safari".
    Zaterdag, de dag dat ik dit schrijf, was het al weer onze laatste safaridag. We gingen weer met de boot naar de noordkant van de Nijl om aan die kant het park te verlaten. Onderweg zagen we weer veel Antilopen, Giraffes, Olifanten en natuurlijk Wrattenzwijnen. Een Luipaard hebben we helaas niet meer gezien maar voor de rest hebben we de meeste grote dieren uit het park wel kunnen bewonderen. Op niet al te grote afstand buiten het park maakten we nog een stop om weer te  lunchen en daarna de Karuma Falls te bezichtigen, die ook erg mooi waren en toch weer even anders dan de Murchison Falls.

Wij bij de Karuma Falls

    Patrick kon ons ergens afzetten van waaruit we Masindi konden bereiken en hij ging met de anderen terug naar Kampala. Wij moesten nog in een auto met weer elf personen, maar met een extra rij naar Masindi waar ik nu bij  het "Alinda Guesthouse" dit bericht aan het schrijven ben.

Dag allemaal,
Ook nog een berichtje van Els. Pim heeft alles al heel goed beschreven, maar ik heb zo hier en daar nog wel wat persoonlijke aanvullingen. Zo gingen we op de Ssese eilanden in eerste instantie op een boda-boda van de ene naar de andere kant. Superspannend vond ik dat, voor het eerst in mijn eentje met grote rugzak achterop zo'n motor op een onverharde weg. Gelukkig reed mijn bestuurder voorzichtig en vond ik het wel leuk, maar al snel stapten we over in een gewone auto. De 'Scorpion Lodge' in Luku had ehm, eigenlijk bijna niets. Een gat als wc (met allemaal vliegen en spinnen!) en geen douche. Ik zal er aan moeten wennen, maar vond het wel lastig. Ook het traditionele Ugandese eten behoort niet echt tot mijn favorieten, ze houden erg van vrij smakeloze koolhydraathoudende dingen hier, in plaats van groenten. En van die dingen krijg je er ook altijd 2 bij een maaltijd. Tja, 't is misschien ook niet echt dat ze het lekker vinden, maar dat dat gewoon is wat hier groeit en ze er aan gewend zijn.
    Wat dat betreft was het eten bij Red Chilli echt een hele verbetering: pizza uit een steenoven, zelf koken met veel groenten, kikkererwtenstoofpot en rijst met groenten. Jammie. Kampala was ook een hele belevenis, zoveel mensen en verkeer overal. De moskee was een welkome uitzondering op alle drukte, maar ze discrimineerden wel behoorlijk. Pim mocht gewoon in zijn t-shirt overal rondlopen, ik moest een zeer onhandige rok over mijn broek en een enorme zwarte hoofddoek (dat heet een niqaab geloof ik) tot zo'n beetje mijn knieën aan. Met mijn wandelschoenen eronder. Ja, je hebt een beeld? Echt een plaatje. Denk niet dat de kans dat ik me ooit zal laten bekeren hierdoor groter is geworden.
    Verder ben je -ook zonder niqaab- echt een bezienswaardigheid als je ergens rondloopt en iedereen wil je ergens naartoe brengen. De kinderen hebben ook als hobby om naar je de zwaaien en te roepen en/of een stukje achter je aan te rennen terwijl ze de hele tijd 'Mzungu' of 'Bye mzungu' roepen. Leuk hoor, maar op enig moment wel een beetje vermoeiend.
    Het was daarom ook fijn om in een hostel te zijn waar je geen uitzondering bent, net als op safari, en ik zag ook echt weer een beetje op tegen de overgang vandaag. Maar goed, de safari was echt super! Lang rijden over asfalt, maar ook onverharde, soms erg steile en bochtige wegen. Lof voor onze chauffeur, die ons al die tijd heeft rondgereden. Het kamp waar we verbleven was echt prima, en het 'restaurant' had een mooi uitzicht met in de verte de Nijl.
    Over de safari zelf: ik heb niet zoveel meer toe te voegen, behalve dat ik olifanten en giraffen verreweg de leukste dieren vind en ik niet helemaal begrijp waarom er zo hysterisch wordt gedaan over een leeuw met 3 poten die ergens ligt. En ja, soms is het ook net of mensen niet nu genieten, maar alleen foto's foto's en nog meer foto's maken. Voor later ofzo. Tja, ik heb dat niet zoveel gedaan, maar heb natuurijk ook Pim naast me met een heel goede camera wat zelf veel foto's maken nogal zinloos maakt.
    Tenslotte ben ik nu wel gewend aan overdag eigenlijk constant vies, stoffig & bezweet zijn en heb ik nu kleren voor overdag en 's avonds (na het douchen), echt een hele goede oplossing. En morgen ben ik jarig! In Uganda, zonder taart en bezoek, maar wel een heel bijzondere plek en bovendien is Pim er lekker wel.
Ik hoop dat het weer leuk was deze enorme verhalen te lezen!

zondag 23 juni 2013

Verder met Els

In de afgelopen week weer Uganda binnen gegaan. Eerst naar Kericho op zondag waar het groen was van de thee velden, maar de uitzichten haalden het niet bij wat ik in Rwanda had gezien. Desalniettemin was het even fijn om er rond te wandelen. Vertrok op dinsdag wel al vrij vroeg richting Kampala. Althans richting de plek waar de bus zou vertrekken. Moest daar nog wel even wachten maar hij ging aardig op tijd en na een hobbelige weg kwam ik 's avonds in Kampala aan.





    In Kampala verbleef ik in de "Red Chili's Backpackers Hostel and Campsite" waar ook genoeg andere reizigers verbleven. Dinsdag en woensdag bleef ik in Kampala waar ik het oostelijke deel van de stad wat beter leerde kennen en nog met Bernard, de kunstenaar die ik eerder had leren kennen, heb afgesproken. Twee rustige dagen.
    Net als donderdag, de dag dat ik naar Entebbe ging om in de nacht van donderdag op vrijdag Els op te halen! Was even wennen en misschien is het dat nog steeds wel. Maar het is heel fijn om haar weer te zien en bovendien een goed reismaatje te hebben. Merk opeens weer dingen op te merken die al heel gewoon voor mij waren geworden maar die nog nieuw zijn voor Els.
    We bleven vrijdag in Entebbe na een nachtje met niet al te veel slaap. Daar nog door de botanische tuinen geslenterd en op zaterdag gingen we naar de Ssese eilanden. We kwamen daar rond half zes aan na een boottocht van drie en een half uur. We werden al gauw naar de "Hornbill Campsite" geleid waar we een goede slaapplaats in een "Banda" vonden en konden genieten van het uitzicht op het meer en een wandelingetje door de bebossing en over het strand van het tropische eiland.
    Vanmorgen een duik in het meer en weer een wandeling nu door nog dichtere bebossing en andere plekken waar we de zon zoveel mogelijk konden vermijden. Erg rustig en ontspannen al met al. De beroving van onze medegasten vannacht schept een wat minder goede sfeer over alles. Maar erg op onze hoede zijn is het voornaamste wat we kunnen doen. 
    Het plan is om nog even genieten van het eiland, het Medical Centre te bezoeken en dan donderdag op safari naar de Murchinson Falls! 
  
Hallo iedereen,
Els hier! Het is zo bijzonder om 'opeens' in Uganda te zijn en dan ook nog met Pim. Hij is een supergoede gids en weet hoe je iedereen moet groeten (en heel empathisch iedere keer weer: "I'm good, and how are you?" te zeggen. En gelukkig kan hij ook heel goed nee zeggen tegen alle busjes en boda-boda's die ons maar wat graag mee willen nemen terwijl wij gewoon een stukje lopen. Het is wel warm hier vind ik, maar in de schaduw erg lekker. En nu zijn we dus op een tropisch eiland! Vet cool, compleet met palmstrand en jungle. Door die jungle hebben we ons vandaag als echte avonturiers een weg gebaand, maar ze doen hier niet echt aan 'recreatief wandelen' dus liep alles dood bij vissers, plekken om vissen te drogen of zomaar ergens in de jungle. Niet echt een plek voor korte mouwen, die ik wel aanhad en nu heb ik heel veel vreemdsoortige bultjes. Nouja. Verder is het bijzonder om weer bij Pim te zijn. Zeg maar gerust behoorlijk raar in het begin, maar het went vrij snel, want je merkt ook al gauw hoe vertrouwt sommige dingen zijn en hoe goed je elkaar nog steeds kent. Gelukkig. Dus na deze relaxte eiland-dagen gaan we lekker op pad naar Pim's project en op safari. Ik ben heel benieuwd waar Pim al die tijd heeft gezeten en kijk er naar uit de mensen daar te ontmoeten. Dankjewel voor het lezen :).

zaterdag 15 juni 2013

Masai Mara


Zoals ik in mijn vorige bericht al aangaf te verwachten was het hoogtepunt van afgelopen week de safari in het Masai Mara National Park. Maar daarvoor moest ik eerst nog naar Nairobi. Ik wilde daar niet rechtstreeks heen vanuit Nyahururu want wilde nog wat van het landschap zien. Daarom eerst op zondag naar Nanyuki gegaan om daar te lunchen. 
Nanyuki was niet bijster interessant voor de tijd dat ik er was maar kwam op de weg wel langs een uitgebreid grasland wat ik anders gemist had. Dat was dus wel de moeite waard. De Mount Kenya was helaas gehuld in wolken en ik moest alle gidsen die in Nanyuki op mij afkwamen teleurstellen en ze vertellen dat ik geen tijd had om de hoogste berg van Kenia te beklimmen. 
Aan het eind van de middag kwam ik aan in de "Upper Hill Campsite and Backpackers" in Nairobi. Op maandagochtend kwamen Petra en Elske daar ook al vrij vroeg aan. We hebben die ochtend nog iemand ontmoet die de safari voor ons regelde en verder 's middags een beetje in de buurt gebleven in de winkelcentra die er hier veel zijn. 
Maandag begonnen we al door te krijgen dat de safari wat luxer zou zijn dan we hadden verwacht. Dat kwam volgens ons vooral omdat de man met wie Elske en Petra contact hadden meer in het luxe wereldje van de safari's gewerkt had. In ieder geval hadden we een goede prijs betaald, waarschijnlijk een stuk minder dan de meeste mensen betalen voor de plek waar wij terecht kwamen, voor wat we kregen. Dus we besloten er maar van te genieten. 
Op dinsdagochtend al vroeg op weg naar het park waar we aan het begin van de middag in het "Elangata Olerai Luxury Tented Camp" ontvangen werden met een drankje en een handdoekje om ons zweet af te vegen. Na onze grote tenten met bed, elektriciteit, toilet en douche betrokken te hebben konden we genieten van een viergangen lunch. Om vier uur gingen we dan echt op safari. In het begin waren de Dik diks, Impala's, Gazellen, Zebra's, Hartebeasts  en Topis nog best interessant. Maar al gauw ontdekten we dat de grote hoeveelheid andere safari-busjes die om de leeuwen heen stonden bijna even interessant waren als de leeuwen zelf. We kwamen nog wat giraffes tegen en twee vrijgezelle buffels maar toen zat onze eerste safari er toch wel op. Even douchen en daarna weer aanzitten voor onze avondmaaltijd die uit drie gangen bestond.

De file van busjes om de leeuwen heen net zo interessant als de leeuwen zelf

Op woensdag nog vroeger op dan op dinsdag en na een ontbijt dat we half in het busje op aten gingen we naast alle Antilopen en Zebra's weer de leeuwen zien, nu ook een mannetje met meer dan twintig busjes er om heen. En Giraffes die we nu beter konden zien, een Cheetah, een Hyena, Jakhalzen, Nijlpaarden, twee Olifanten en kraanvogels. Teruggekomen hebben we nog een Maasai dorp in de buurt bezocht waar we een idee kregen van hoe die mensen nog steeds leven. Erg interessant. Verschillende kruiden en planten leren kennen, de structuur van het dorp gezien, traditionele dansen bewonderd, gezien hoe ze vuur maken en een huis van binnen gezien. Toen natuurlijk weer lunchen en om vier uur weer op weg. Toen was het hoogtepunt denk ik de Struisvogels die we tegen kwamen maar we zagen ook nog genoeg van het eerder beschreven wild. 

 
Niet zo erg om zo wakker te worden

Mooie beesten hoor 

En deze ook

 Vanuit de binnenste ring van het Masai Dorp waar het vee 's nachts verblijft


De stokstaartjes waar we naar op zoek waren en die toch wel erg veelvoorkomend schenen te zijn konden we niet vinden. Ook de volgende ochtend niet. Ook geen Luipaard of Neushoorn tegengekomen maar wel genoeg mooie vogels trouwens. Goede afsluiting op donderdag was de mannetjes leeuw die we tegenkwamen. Dit keer zonder andere busjes. Konden hem goed zien op slechts een paar meter afstand. Hij leek honger te hebben en at wat van de planten. Later kwamen wat leeuwinnen tevoorschijn die volgens de gids waarschijnlijk zouden gaan jagen die dag. 
Wel holen maar geen stokstaartjes... 

Machtig beest hoor.

Al met al een goede ervaring. Het gezelschap, de luxe en andere safari busjes waar we om konden lachen misschien wel net zo veel als de dieren. 
Op donderdagmiddag was ik weer terug in de "Upper Hill Campsite and Backpackers", maar Petra e Elske gingen naar de andere kant van Kampala waar ze eerder bij een gastvrouw gewoond hadden. We zouden op vrijdag nog naar de sloppenwijken van Nairobi gaan maar ik voelde me niet goed en Elske bleek zich ook niet goed te voelen. Misschien toch het eten?
Op vrijdag dus vrij weinig gedaan. Maar op zaterdagochtend, vandaag, toch nog een tour door de sloppenwijken gedaan. Een aantal interessante projecties gezien en een goed contrast meegekregen met de naastgelegen wijk met winkelcentra waar we begonnen en eindigden. 
De komende dagen maar weer langzaam terug naar Uganda waar ik Els in de nacht van donderdag op vrijdag ophaal van het vliegveld in Entebbe!

zaterdag 8 juni 2013

Verder door Kenya

Weer zaterdag dus tijd om over een blog-bericht na te denken. Ik begin met iets wat ik in mijn vorige biecht vergeten ben te melden. Ben namelijk heel toevallig in de Backpackers in Kampala, alweer bijna twee weken geleden, Petra en Elske, twee studiegenoten, tegengekomen. Zij hebben een project gedaan in Kenia en zijn nu, precies tegenovergesteld als ik doe, door Uganda aan het reizen. Ze zouden echter wel weer terug naar Kenia komen om het Masai Mara National Park te bezoeken. En de vraag was of ik niet met hun mee wilde gaan. Maandag ontmoet ik ze in Nairobi om dan op dinsdag richting het park te vertrekken.  

Dan weer verder vanaf Nakuru. Daar heb ik twee nachten geslapen en op maandag bezocht ik Hyrax Hill. Een archeologische plaats die niet super interessant was, maar wel uitzicht gaf op Lake Nakuru en een kleine inleiding gaf in wat cultuurhistorie. Was ook gewoon een goede ochtendwandeling.

 Lake Nakuru gezien vanaf Hyrax Hill

    Op dinsdag vertrok ik al vroeg naar Lake Naivasha. Onderweg zicht op de meren van Nakuru en Naivasha en het grasland waar ik mijn eerste Zebra's en antilopen zag en later ook een paar giraffes. Kwam ook vroeg aan en heb even de boel verkend in de buurt van de camping waar ik in een gehuurde tent met matras en deken sliep. Was best koud 's nachts trouwens, maar een prachtige plaats waar ook Nijlpaarden af en toe aan land kwamen, pelikanen rondzwommen, nijlganzen te zien waren en een hoop andere vogels en "Vervet monkeys" af en toe kwamen kijken.

 Lake Naivasha met typische vegetatie

Fisherman's Campsite

Die kwamen 's avonds ook eens kijken


    Woensdag een mountain-bike gehuurd en wat verder de omgeving in gegaan. Best even wennen na vier maanden niet fietsen en gelijk soms aardig pittige heuvels op moeten klimmen. Maar het was het dubbel en dwars waard want ook deze ochtend aardig wat Zebra's en Giraffes gezien.
    De camping was ook een plaats om weer wat andere reizigers te ontmoeten, die je in goedkope hotels in stadjes toch niet zo snel tegen komt. Er was een Vlaamse waar ik Nederlands mee kon praten wat voor ons allebei best gek was en verder onder andere Engelsen, Fransen en een grote gele truck met gemengd publiek die in vier maanden van Kaapstad naar Cairo aan het reizen was. Verder ook aardig wat bedrijvigheid rond het meer, waaronder bloementeelt. Dat trok ook aardig wat expats, ook Hollanders, naar de restauratie op de camping.
    Donderdag was het tijd voor Hell's Gate National Park. Weer vroeg op weg om wild te kunnen zien. En ik kon gewoon op mijn Mountain Bike door het park heen fietsen. Weer veel Zebra's, "Hartebeasts" en Gerenuks gezien. Maar ook wrattenzwijnen (Pumba's uit de Lion King), Afrikaanse Buffels en een enkele Giraffe. Het beste waren echter de uitzichten over de prachtige kloven. Vrees dat de foto's die ik heb daar niet het beste beeld van geven.

Een uitzicht in Hell's gate

Zij vinden mij net zo interessant als ik hen

    Had er wel voor gekozen om een route te nemen waar aardig wat hellingen waren, wat ik van te voren niet wist. Was heel rustig in het park. In het begin fietste ik een stukje met de Fransen van de camping maar voor een groot deel van de tijd had ik het rijk alleen.
    Dat zorgde er wel voor dat ik op een gegeven moment op een punt kwam waar ik niet meer zo goed wist welke kant ik op moest. Er was een asfaltweg met aardig wat wegwerkzaamheden en Geothermische energie winning. Best wat mensen en activiteit dus, maar wist niet meer helemaal zeker of ik nog in het Park was en de meesten schenen niet eens door te hebben dat waar ze werkten onderdeel was van het park.
    Na wat verdwaasd rond te hebben gefietst kwam ik weer bij bordjes. Wilde nog naar het verre eind van het park maar afgezien was dat niet bijster interessant. Heeft misschien een klein aantal mooie uitzichten opgeleverd, maar op een gegeven moment was de weg weer onvindbaar en ben ik omgekeerd. Laatste stuk was gelukkig een stuk minder heuvel-achtig maar wel erg mooi.
    Vrijdag toch maar weer vertrokken naar Nyahururu, waar ik aan het eind van de middag nog de "Thomson Falls" heb kunnen bewonderen en een selectie uit de overdaad aan toeristische winkeltjes. Was een lange reis er naar toe, vooral omdat ik lang moest wachten in Naivasha voor de matatu vertrok. De reden voor mijn bezoek aan Nyahururu was overigens niet zozeer de watervallen als wel de mogelijkheid om een beetje rond te wandellen en een glimp van de "Aberdares" op te vangen. Dat heeft vanmorgen aardig goed uitgepakt.



De grootste van de Thomson Falls

Uitzicht in de buurt van Nyahururu

Had graag de kust nog willen zien maar vond het het niet waard om me daar naartoe te haasten en weer terug, omdat ik maandag dus al weer in Nairobi moet zijn. Morgen maar op weg daar naartoe maar probeer misschien ook nog een glimp op te vangen van de Mount Kenya. Het hoogtepunt van volgende week zal echter zeer waarschijnlijk Masai Mara worden.