zaterdag 29 juni 2013

Van Lake Victoria naar de Murchison Falls

Er zit weer een volle week op die snel voorbij is gegaan. Maandag waren we nog op de Ssese eilanden. We bleven echter niet in het meer toeristische oostelijke gedeelte van Buggala Island maar gingen rustig naar Luku in de westpunt. Vandaar uit ging een boot die wat vaker ging dan aan de oostkust en korter duurde. In onze reisgids hadden we ook gelezen dat er een of andere Lodge moest zijn waar we konden overnachten.
    DIe lodge was niet zo makkelijk te vinden. Als twee blanken met grote rugzakken vielen we natuurlijk wel op. Na aan iemand vragen werden we niet wijs waar we naartoe moesten dus liepen we eens stukje landinwaarts. Na even te hebben gelopen werden we weer een stukje terug gewezen en kwamen we inderdaad langs iets wat wel de lodge zou kunnen zijn volgens Els. Omdat er noch mensen noch een naambordje was liepen we toch door maar al gauw kwam "Joana" ons tegemoet die zei dat we toch moesten zijn waar we net voorbij gelopen waren. Zij was onze gastvrouw en maakte een kleine kamer voor ons schoon. Was prima voor een nacht maar niet leuk genoeg om er langer dan dat te blijven dus op dinsdag weer met de boot naar het vaste land.
    Het idee was dat we langs de plek zouden gaan waar ik 4 maanden heb gezeten maar door gedoe gerelateerd aan de reden van mijn plotselinge vertrek moesten we dat plan uiteindelijk laten varen en gingen we in een keer naar Kampala. Vanaf de plek waar de boot het vaste land bereikte was niet heel veel vervoer dus dat betekende dat we met 11 mensen in een auto bedoeld voor maximaal 5 naar Masaka gingen. Vandaar konden we een bustaxi nemen naar Kampala, over de weg die voor mij inmiddels al aardig bekend was maar die ik nog nooit in zijn geheel in een keer had gevolgd.
    Woensdag hadden we een dag in Kampala. We hebben Owino market bezocht, waar ik aan het begin van mijn verblijf in Uganda ook al wat over geschreven heb en daarna de Gadhafi Moskee. Die is pas in gebruik sinds 2008 en dus erg nieuw en ook mooi. We konden de minaret beklimmen om van een prachtig uitzicht over Kampala te kunnen genieten. 's Avonds hebben we zelf gekookt omdat dat kon in de "Red Chili Hostel and Campsite". Dat was voor mij al een hele tijd geleden.
    Donderdagochtend vertrokken we al vrij vroeg naar het Murchison Falls National Park met een tour die georganiseerd werd door Red Chili. We zaten in een safari busje met Patrick, onze chauffeur, John uit New York en Melinda uit Houston. Viel dus wel mee hoe vol het busje was en dat was wel fijn.
    Het was een langer rit naar het park en onze eerste bestemming binnen het park was de "Top of the Falls", wat dus de bovenkant van de Murchison Falls was. Daar eerst even geluncht en daarna een korte wandeling gemaakt om de watervallen van alle kanten te kunnen bekijken. Het eerste stukje door het park, aan de zuidkant van de Victoria Nijl was vrij bebost dus het meeste van het wild wat er voorkwam konden we niet zien. Maar we hadden op onze eerste dag al wel wat ontmoetingen met Baboons en Wrattenzwijnen. Ook zagen we een enkele Antilope en een aantal Afrikaanse Buffels die een modderbad namen.

 De top of the falls

    We verbleven in het park in het "Red Chili Restcamp" in een safaritent met bedden. In het "Restcamp" liepen ook de nodige beesten rond. We hebben er niet veel Baboons gezien maar genoeg Wrattenzwijnen die uit waren op je eten als je niet uitkeek. Het was ook niet toegestaan om eten in je tent te hebben, dat zou er namelijk voor zorgen dat zowel de tent als de tas waar het eten in zat zou worden opengescheurd door ofwel Baboons ofwel Wrattenzwijnen. Dat was ook wel de charme van in het park kamperen. Verder zouden er ook zo nu en dan Nijlpaarden door het kamp lopen en inderdaad op onze laatste avond moesten we even wachten op het Nijlpaard dat dicht bij onze tent aan het grazen was. Toen we in de tent waren liep het nog een half rondje om onze tent heen. Het had inderdaad zijn charme maar je moest geen stomme dingen doen.
    Op vrijdagochtend stonden we net voor zonsopgang op en staken we al snel de Nijl over om in de Savanne aan de andere kant aan onze safari te beginnen. Het was inderdaad een stuk minder bebost aan de overkant maar nog wel erg groen. Al snel zagen we een Olifant die van een boom aan het eten was, waarbij we goed zijn bek en slagtanden konden bewonderen. We zagen ook al gauw wat meer Antilopen, vooral Hartebeasts, Ugandan Kobs en de wat kleinere Oribis maar we hebben ook wat Waterbucks gezien. Verder waren er veel Wrattenzwijnen en er waren Afrikaanse Buffels. Het duurde ook niet lang voor we onze eerste Giraffes zagen, die waren ook in grote hoeveelheden aanwezig. Dichterbij de Nijl waren grote hoeveelheden Nijlpaarden en we hebben ook een Leeuw met drie poten kunnen bewonderen die ergens lag de luieren. Verder nog één Jakhals en één Hyena en natuurlijk aardig wat vogels.

Olifant!

    's Middags was het tijd voor een boottocht over de Nijl om nog een keer de Murchison Falls te zien maar ook nog wild te bezichtigen. Dat wild bestond voornamelijk uit Nijlpaarden maar we hebben ook Krokodillen gezien en nog Antilopen, Buffels, Olifanten en Wrattenzwijnen. Wat ook mooi was om te zien waren de "Red-throated bee eaters" en een aantal andere vogels die langs de Nijl verbleven. Het was een leuke afwisseling van een "auto-safari".
    Zaterdag, de dag dat ik dit schrijf, was het al weer onze laatste safaridag. We gingen weer met de boot naar de noordkant van de Nijl om aan die kant het park te verlaten. Onderweg zagen we weer veel Antilopen, Giraffes, Olifanten en natuurlijk Wrattenzwijnen. Een Luipaard hebben we helaas niet meer gezien maar voor de rest hebben we de meeste grote dieren uit het park wel kunnen bewonderen. Op niet al te grote afstand buiten het park maakten we nog een stop om weer te  lunchen en daarna de Karuma Falls te bezichtigen, die ook erg mooi waren en toch weer even anders dan de Murchison Falls.

Wij bij de Karuma Falls

    Patrick kon ons ergens afzetten van waaruit we Masindi konden bereiken en hij ging met de anderen terug naar Kampala. Wij moesten nog in een auto met weer elf personen, maar met een extra rij naar Masindi waar ik nu bij  het "Alinda Guesthouse" dit bericht aan het schrijven ben.

Dag allemaal,
Ook nog een berichtje van Els. Pim heeft alles al heel goed beschreven, maar ik heb zo hier en daar nog wel wat persoonlijke aanvullingen. Zo gingen we op de Ssese eilanden in eerste instantie op een boda-boda van de ene naar de andere kant. Superspannend vond ik dat, voor het eerst in mijn eentje met grote rugzak achterop zo'n motor op een onverharde weg. Gelukkig reed mijn bestuurder voorzichtig en vond ik het wel leuk, maar al snel stapten we over in een gewone auto. De 'Scorpion Lodge' in Luku had ehm, eigenlijk bijna niets. Een gat als wc (met allemaal vliegen en spinnen!) en geen douche. Ik zal er aan moeten wennen, maar vond het wel lastig. Ook het traditionele Ugandese eten behoort niet echt tot mijn favorieten, ze houden erg van vrij smakeloze koolhydraathoudende dingen hier, in plaats van groenten. En van die dingen krijg je er ook altijd 2 bij een maaltijd. Tja, 't is misschien ook niet echt dat ze het lekker vinden, maar dat dat gewoon is wat hier groeit en ze er aan gewend zijn.
    Wat dat betreft was het eten bij Red Chilli echt een hele verbetering: pizza uit een steenoven, zelf koken met veel groenten, kikkererwtenstoofpot en rijst met groenten. Jammie. Kampala was ook een hele belevenis, zoveel mensen en verkeer overal. De moskee was een welkome uitzondering op alle drukte, maar ze discrimineerden wel behoorlijk. Pim mocht gewoon in zijn t-shirt overal rondlopen, ik moest een zeer onhandige rok over mijn broek en een enorme zwarte hoofddoek (dat heet een niqaab geloof ik) tot zo'n beetje mijn knieën aan. Met mijn wandelschoenen eronder. Ja, je hebt een beeld? Echt een plaatje. Denk niet dat de kans dat ik me ooit zal laten bekeren hierdoor groter is geworden.
    Verder ben je -ook zonder niqaab- echt een bezienswaardigheid als je ergens rondloopt en iedereen wil je ergens naartoe brengen. De kinderen hebben ook als hobby om naar je de zwaaien en te roepen en/of een stukje achter je aan te rennen terwijl ze de hele tijd 'Mzungu' of 'Bye mzungu' roepen. Leuk hoor, maar op enig moment wel een beetje vermoeiend.
    Het was daarom ook fijn om in een hostel te zijn waar je geen uitzondering bent, net als op safari, en ik zag ook echt weer een beetje op tegen de overgang vandaag. Maar goed, de safari was echt super! Lang rijden over asfalt, maar ook onverharde, soms erg steile en bochtige wegen. Lof voor onze chauffeur, die ons al die tijd heeft rondgereden. Het kamp waar we verbleven was echt prima, en het 'restaurant' had een mooi uitzicht met in de verte de Nijl.
    Over de safari zelf: ik heb niet zoveel meer toe te voegen, behalve dat ik olifanten en giraffen verreweg de leukste dieren vind en ik niet helemaal begrijp waarom er zo hysterisch wordt gedaan over een leeuw met 3 poten die ergens ligt. En ja, soms is het ook net of mensen niet nu genieten, maar alleen foto's foto's en nog meer foto's maken. Voor later ofzo. Tja, ik heb dat niet zoveel gedaan, maar heb natuurijk ook Pim naast me met een heel goede camera wat zelf veel foto's maken nogal zinloos maakt.
    Tenslotte ben ik nu wel gewend aan overdag eigenlijk constant vies, stoffig & bezweet zijn en heb ik nu kleren voor overdag en 's avonds (na het douchen), echt een hele goede oplossing. En morgen ben ik jarig! In Uganda, zonder taart en bezoek, maar wel een heel bijzondere plek en bovendien is Pim er lekker wel.
Ik hoop dat het weer leuk was deze enorme verhalen te lezen!

zondag 23 juni 2013

Verder met Els

In de afgelopen week weer Uganda binnen gegaan. Eerst naar Kericho op zondag waar het groen was van de thee velden, maar de uitzichten haalden het niet bij wat ik in Rwanda had gezien. Desalniettemin was het even fijn om er rond te wandelen. Vertrok op dinsdag wel al vrij vroeg richting Kampala. Althans richting de plek waar de bus zou vertrekken. Moest daar nog wel even wachten maar hij ging aardig op tijd en na een hobbelige weg kwam ik 's avonds in Kampala aan.





    In Kampala verbleef ik in de "Red Chili's Backpackers Hostel and Campsite" waar ook genoeg andere reizigers verbleven. Dinsdag en woensdag bleef ik in Kampala waar ik het oostelijke deel van de stad wat beter leerde kennen en nog met Bernard, de kunstenaar die ik eerder had leren kennen, heb afgesproken. Twee rustige dagen.
    Net als donderdag, de dag dat ik naar Entebbe ging om in de nacht van donderdag op vrijdag Els op te halen! Was even wennen en misschien is het dat nog steeds wel. Maar het is heel fijn om haar weer te zien en bovendien een goed reismaatje te hebben. Merk opeens weer dingen op te merken die al heel gewoon voor mij waren geworden maar die nog nieuw zijn voor Els.
    We bleven vrijdag in Entebbe na een nachtje met niet al te veel slaap. Daar nog door de botanische tuinen geslenterd en op zaterdag gingen we naar de Ssese eilanden. We kwamen daar rond half zes aan na een boottocht van drie en een half uur. We werden al gauw naar de "Hornbill Campsite" geleid waar we een goede slaapplaats in een "Banda" vonden en konden genieten van het uitzicht op het meer en een wandelingetje door de bebossing en over het strand van het tropische eiland.
    Vanmorgen een duik in het meer en weer een wandeling nu door nog dichtere bebossing en andere plekken waar we de zon zoveel mogelijk konden vermijden. Erg rustig en ontspannen al met al. De beroving van onze medegasten vannacht schept een wat minder goede sfeer over alles. Maar erg op onze hoede zijn is het voornaamste wat we kunnen doen. 
    Het plan is om nog even genieten van het eiland, het Medical Centre te bezoeken en dan donderdag op safari naar de Murchinson Falls! 
  
Hallo iedereen,
Els hier! Het is zo bijzonder om 'opeens' in Uganda te zijn en dan ook nog met Pim. Hij is een supergoede gids en weet hoe je iedereen moet groeten (en heel empathisch iedere keer weer: "I'm good, and how are you?" te zeggen. En gelukkig kan hij ook heel goed nee zeggen tegen alle busjes en boda-boda's die ons maar wat graag mee willen nemen terwijl wij gewoon een stukje lopen. Het is wel warm hier vind ik, maar in de schaduw erg lekker. En nu zijn we dus op een tropisch eiland! Vet cool, compleet met palmstrand en jungle. Door die jungle hebben we ons vandaag als echte avonturiers een weg gebaand, maar ze doen hier niet echt aan 'recreatief wandelen' dus liep alles dood bij vissers, plekken om vissen te drogen of zomaar ergens in de jungle. Niet echt een plek voor korte mouwen, die ik wel aanhad en nu heb ik heel veel vreemdsoortige bultjes. Nouja. Verder is het bijzonder om weer bij Pim te zijn. Zeg maar gerust behoorlijk raar in het begin, maar het went vrij snel, want je merkt ook al gauw hoe vertrouwt sommige dingen zijn en hoe goed je elkaar nog steeds kent. Gelukkig. Dus na deze relaxte eiland-dagen gaan we lekker op pad naar Pim's project en op safari. Ik ben heel benieuwd waar Pim al die tijd heeft gezeten en kijk er naar uit de mensen daar te ontmoeten. Dankjewel voor het lezen :).

zaterdag 15 juni 2013

Masai Mara


Zoals ik in mijn vorige bericht al aangaf te verwachten was het hoogtepunt van afgelopen week de safari in het Masai Mara National Park. Maar daarvoor moest ik eerst nog naar Nairobi. Ik wilde daar niet rechtstreeks heen vanuit Nyahururu want wilde nog wat van het landschap zien. Daarom eerst op zondag naar Nanyuki gegaan om daar te lunchen. 
Nanyuki was niet bijster interessant voor de tijd dat ik er was maar kwam op de weg wel langs een uitgebreid grasland wat ik anders gemist had. Dat was dus wel de moeite waard. De Mount Kenya was helaas gehuld in wolken en ik moest alle gidsen die in Nanyuki op mij afkwamen teleurstellen en ze vertellen dat ik geen tijd had om de hoogste berg van Kenia te beklimmen. 
Aan het eind van de middag kwam ik aan in de "Upper Hill Campsite and Backpackers" in Nairobi. Op maandagochtend kwamen Petra en Elske daar ook al vrij vroeg aan. We hebben die ochtend nog iemand ontmoet die de safari voor ons regelde en verder 's middags een beetje in de buurt gebleven in de winkelcentra die er hier veel zijn. 
Maandag begonnen we al door te krijgen dat de safari wat luxer zou zijn dan we hadden verwacht. Dat kwam volgens ons vooral omdat de man met wie Elske en Petra contact hadden meer in het luxe wereldje van de safari's gewerkt had. In ieder geval hadden we een goede prijs betaald, waarschijnlijk een stuk minder dan de meeste mensen betalen voor de plek waar wij terecht kwamen, voor wat we kregen. Dus we besloten er maar van te genieten. 
Op dinsdagochtend al vroeg op weg naar het park waar we aan het begin van de middag in het "Elangata Olerai Luxury Tented Camp" ontvangen werden met een drankje en een handdoekje om ons zweet af te vegen. Na onze grote tenten met bed, elektriciteit, toilet en douche betrokken te hebben konden we genieten van een viergangen lunch. Om vier uur gingen we dan echt op safari. In het begin waren de Dik diks, Impala's, Gazellen, Zebra's, Hartebeasts  en Topis nog best interessant. Maar al gauw ontdekten we dat de grote hoeveelheid andere safari-busjes die om de leeuwen heen stonden bijna even interessant waren als de leeuwen zelf. We kwamen nog wat giraffes tegen en twee vrijgezelle buffels maar toen zat onze eerste safari er toch wel op. Even douchen en daarna weer aanzitten voor onze avondmaaltijd die uit drie gangen bestond.

De file van busjes om de leeuwen heen net zo interessant als de leeuwen zelf

Op woensdag nog vroeger op dan op dinsdag en na een ontbijt dat we half in het busje op aten gingen we naast alle Antilopen en Zebra's weer de leeuwen zien, nu ook een mannetje met meer dan twintig busjes er om heen. En Giraffes die we nu beter konden zien, een Cheetah, een Hyena, Jakhalzen, Nijlpaarden, twee Olifanten en kraanvogels. Teruggekomen hebben we nog een Maasai dorp in de buurt bezocht waar we een idee kregen van hoe die mensen nog steeds leven. Erg interessant. Verschillende kruiden en planten leren kennen, de structuur van het dorp gezien, traditionele dansen bewonderd, gezien hoe ze vuur maken en een huis van binnen gezien. Toen natuurlijk weer lunchen en om vier uur weer op weg. Toen was het hoogtepunt denk ik de Struisvogels die we tegen kwamen maar we zagen ook nog genoeg van het eerder beschreven wild. 

 
Niet zo erg om zo wakker te worden

Mooie beesten hoor 

En deze ook

 Vanuit de binnenste ring van het Masai Dorp waar het vee 's nachts verblijft


De stokstaartjes waar we naar op zoek waren en die toch wel erg veelvoorkomend schenen te zijn konden we niet vinden. Ook de volgende ochtend niet. Ook geen Luipaard of Neushoorn tegengekomen maar wel genoeg mooie vogels trouwens. Goede afsluiting op donderdag was de mannetjes leeuw die we tegenkwamen. Dit keer zonder andere busjes. Konden hem goed zien op slechts een paar meter afstand. Hij leek honger te hebben en at wat van de planten. Later kwamen wat leeuwinnen tevoorschijn die volgens de gids waarschijnlijk zouden gaan jagen die dag. 
Wel holen maar geen stokstaartjes... 

Machtig beest hoor.

Al met al een goede ervaring. Het gezelschap, de luxe en andere safari busjes waar we om konden lachen misschien wel net zo veel als de dieren. 
Op donderdagmiddag was ik weer terug in de "Upper Hill Campsite and Backpackers", maar Petra e Elske gingen naar de andere kant van Kampala waar ze eerder bij een gastvrouw gewoond hadden. We zouden op vrijdag nog naar de sloppenwijken van Nairobi gaan maar ik voelde me niet goed en Elske bleek zich ook niet goed te voelen. Misschien toch het eten?
Op vrijdag dus vrij weinig gedaan. Maar op zaterdagochtend, vandaag, toch nog een tour door de sloppenwijken gedaan. Een aantal interessante projecties gezien en een goed contrast meegekregen met de naastgelegen wijk met winkelcentra waar we begonnen en eindigden. 
De komende dagen maar weer langzaam terug naar Uganda waar ik Els in de nacht van donderdag op vrijdag ophaal van het vliegveld in Entebbe!

zaterdag 8 juni 2013

Verder door Kenya

Weer zaterdag dus tijd om over een blog-bericht na te denken. Ik begin met iets wat ik in mijn vorige biecht vergeten ben te melden. Ben namelijk heel toevallig in de Backpackers in Kampala, alweer bijna twee weken geleden, Petra en Elske, twee studiegenoten, tegengekomen. Zij hebben een project gedaan in Kenia en zijn nu, precies tegenovergesteld als ik doe, door Uganda aan het reizen. Ze zouden echter wel weer terug naar Kenia komen om het Masai Mara National Park te bezoeken. En de vraag was of ik niet met hun mee wilde gaan. Maandag ontmoet ik ze in Nairobi om dan op dinsdag richting het park te vertrekken.  

Dan weer verder vanaf Nakuru. Daar heb ik twee nachten geslapen en op maandag bezocht ik Hyrax Hill. Een archeologische plaats die niet super interessant was, maar wel uitzicht gaf op Lake Nakuru en een kleine inleiding gaf in wat cultuurhistorie. Was ook gewoon een goede ochtendwandeling.

 Lake Nakuru gezien vanaf Hyrax Hill

    Op dinsdag vertrok ik al vroeg naar Lake Naivasha. Onderweg zicht op de meren van Nakuru en Naivasha en het grasland waar ik mijn eerste Zebra's en antilopen zag en later ook een paar giraffes. Kwam ook vroeg aan en heb even de boel verkend in de buurt van de camping waar ik in een gehuurde tent met matras en deken sliep. Was best koud 's nachts trouwens, maar een prachtige plaats waar ook Nijlpaarden af en toe aan land kwamen, pelikanen rondzwommen, nijlganzen te zien waren en een hoop andere vogels en "Vervet monkeys" af en toe kwamen kijken.

 Lake Naivasha met typische vegetatie

Fisherman's Campsite

Die kwamen 's avonds ook eens kijken


    Woensdag een mountain-bike gehuurd en wat verder de omgeving in gegaan. Best even wennen na vier maanden niet fietsen en gelijk soms aardig pittige heuvels op moeten klimmen. Maar het was het dubbel en dwars waard want ook deze ochtend aardig wat Zebra's en Giraffes gezien.
    De camping was ook een plaats om weer wat andere reizigers te ontmoeten, die je in goedkope hotels in stadjes toch niet zo snel tegen komt. Er was een Vlaamse waar ik Nederlands mee kon praten wat voor ons allebei best gek was en verder onder andere Engelsen, Fransen en een grote gele truck met gemengd publiek die in vier maanden van Kaapstad naar Cairo aan het reizen was. Verder ook aardig wat bedrijvigheid rond het meer, waaronder bloementeelt. Dat trok ook aardig wat expats, ook Hollanders, naar de restauratie op de camping.
    Donderdag was het tijd voor Hell's Gate National Park. Weer vroeg op weg om wild te kunnen zien. En ik kon gewoon op mijn Mountain Bike door het park heen fietsen. Weer veel Zebra's, "Hartebeasts" en Gerenuks gezien. Maar ook wrattenzwijnen (Pumba's uit de Lion King), Afrikaanse Buffels en een enkele Giraffe. Het beste waren echter de uitzichten over de prachtige kloven. Vrees dat de foto's die ik heb daar niet het beste beeld van geven.

Een uitzicht in Hell's gate

Zij vinden mij net zo interessant als ik hen

    Had er wel voor gekozen om een route te nemen waar aardig wat hellingen waren, wat ik van te voren niet wist. Was heel rustig in het park. In het begin fietste ik een stukje met de Fransen van de camping maar voor een groot deel van de tijd had ik het rijk alleen.
    Dat zorgde er wel voor dat ik op een gegeven moment op een punt kwam waar ik niet meer zo goed wist welke kant ik op moest. Er was een asfaltweg met aardig wat wegwerkzaamheden en Geothermische energie winning. Best wat mensen en activiteit dus, maar wist niet meer helemaal zeker of ik nog in het Park was en de meesten schenen niet eens door te hebben dat waar ze werkten onderdeel was van het park.
    Na wat verdwaasd rond te hebben gefietst kwam ik weer bij bordjes. Wilde nog naar het verre eind van het park maar afgezien was dat niet bijster interessant. Heeft misschien een klein aantal mooie uitzichten opgeleverd, maar op een gegeven moment was de weg weer onvindbaar en ben ik omgekeerd. Laatste stuk was gelukkig een stuk minder heuvel-achtig maar wel erg mooi.
    Vrijdag toch maar weer vertrokken naar Nyahururu, waar ik aan het eind van de middag nog de "Thomson Falls" heb kunnen bewonderen en een selectie uit de overdaad aan toeristische winkeltjes. Was een lange reis er naar toe, vooral omdat ik lang moest wachten in Naivasha voor de matatu vertrok. De reden voor mijn bezoek aan Nyahururu was overigens niet zozeer de watervallen als wel de mogelijkheid om een beetje rond te wandellen en een glimp van de "Aberdares" op te vangen. Dat heeft vanmorgen aardig goed uitgepakt.



De grootste van de Thomson Falls

Uitzicht in de buurt van Nyahururu

Had graag de kust nog willen zien maar vond het het niet waard om me daar naartoe te haasten en weer terug, omdat ik maandag dus al weer in Nairobi moet zijn. Morgen maar op weg daar naartoe maar probeer misschien ook nog een glimp op te vangen van de Mount Kenya. Het hoogtepunt van volgende week zal echter zeer waarschijnlijk Masai Mara worden.

zondag 2 juni 2013

De Shoebill, Sipi Falls en eerste dagen Kenia


Het rondreizen is echt begonnen. Als ik dit schrijf, op vrijdagavond, ben ik nog in Uganda, in Torroro. Ben alleen van plan om morgen naar Kenya te gaan. Dat zal waarschijnlijk ook het land zijn van waaruit ik dit bericht daadwerkelijk post. Heb nu echter wat tijd en er is al een hoop om over te schrijven.


Bahai temple, rond Kampala

In Mbale ben ik uiteindelijk op donderdag beland, maar eerst heb ik nog een tripje naar Entebbe gemaakt. Had namelijk Greg, uit Frankrijk, ontmoet in het Backpackers Hostel in Kampala en die zou naar Entebbe afreizen om van daaruit het Mabamba Swamp te bezoeken om daar onder andere de "Shoebill" te zien. Heb zelf weinig ervaring met vogels maar kon me toch de kans niet laten ontschieten om met iemand mee te gaan die daar we een beetje wat van weet.
          Zo geschiedde en dus op dinsdag vertrokken we naar het backpackers Hostel in Entebbe. Daar kwamen we ook Hellen tegen, die ik in Kampala al had ontmoet. Met z'n drieën gingen we eerst wat eten en proberen wat voor ons bezoek aan het Moeras te regelen. Daarna naar de botanische tuinen. Dat was een heerlijk rustige plek met aardig wat planten, maar eerder een park naar mijn idee dan een botanische tuin. Hoe dan ook goed om te bezoeken.
          Woensdag vroeg naar het moeras, wat een aardig lange tocht met eerst een bustaxi en daarna een boda-boda was. Bij het moeras vonden we een gids en iemand om de boot te besturen en we stapten in de boot om het moeras te verkennen. Aardig wat vogels gezien met als hoogtepunt natuurlijk de "Shoebill". Was niet makkelijk om die te zien. Moesten door allerlei ongebaande wegen en uiteindelijk moest de bestuurder af en toe het water in om te duwen.


 
De Shoebill
Een vaarweg in het moeras

Inmiddels ben ik in een “cybercafé” in Nakuru, in Kenia. Weer aardig wat meegemaakt sinds ik het eerste deel van dit bericht schreef, maar zal eerst maar verder gaan waar ik gestopt was.

Na mijn tocht naar het moeras met Greg op woensdag vertrok ik op donderdagochtend eerst met Greg richting Kampala, hij zou echter naar Jinja gaan maar ik wilde verder oostwaards naar Mbale. Daar eerst op donderdag de boel maar even verkend en verder niet zo bijzonder veel gedaan. Op vrijdagochtend vertrok ik echter al vroeg naar de “Sipi falls”. Prachtig. Was best een tochtje er naar toe, maar aangekomen trof ik al gauw wat mensen die me wel rond wilden leiden. Ik wilde echter eerst even zitten en wat ontbijten en eigenlijk ook wat andere opties verkennen in plaats van hun aanbod aan te nemen. Trof dus al gauw een andere gids die een stuk betere prijs had, hij bleek echter geen vergunning te hebben en uiteindelijk kon ik met een korting met de eerste gids mee. Was best leuk om van hem te horen, hij had duidelijk wat ervaring en deed allerlei projectjes om rond te komen. 



 Een van de watervallen
En de valei die je kon zien

          Had echter gehoopt wat meer reizigers tegen te komen in Mbale of de Sipi Falls, dat viel een beetje tegen. Verwachtte ook niet dat ik veel reizigers tegen zou komen in Torroro, van waaruit ik met het schrijven van dit bericht begon. Was echter wel een mooie rots en Torroro was best een aardige plaats. 

 Torroro Rock
          Desalniettemin vertrok ik al vrij vroeg op zaterdag naar de grensovergang Malaba. Ten minste ik zat al vrij vroeg in een auto die daar naar toe ging, op een paar seconden van het guesthouse waar ik geslapen had. Duurde best even voordat die vol was en we uiteindelijk volgepropt vertrokken.
          Bij de grens was de rij om me uit Uganda te laten stempelen een stuk langer dan de rij om Kenia in te komen. Hoewel er vooral mensen Uganda in dan uit gingen, er was ook veel meer vrachtverkeer richting Uganda dan richting Kenia. Ik had de tijd. Maar het was niet moeilijk om een “shuttle” (vrij comfortabele bustaxi die niet zo vaak stopt) naar Webuye te vinden van waaruit ik in een “matatu” (minder comfortabele bustaxi, met meer passagiers, die wel vaak stopt) naar Kakamega nam. Daar werd ik ontrvangen met een grote stortregen, gelukkig was de plek waar de chauffeur me afzette een bank waar ze mijn kaart accepteerden, dus kon ik gelijk geld halen.
          Vervolgens even lunchen en uitzoeken hoe ik bij het bos kon komen waar ik wilde overnachten. Dat was per boda-boda en best een tocht. Was erg rustig, maar dus genoeg plek om te overnachtten. Was niet zoveel behalve een kantoor en allerlei overnachtingsplekken. Ik belande in een “guesthouse” op palen, waar ik een vrij grote kamer met twee bedden voor mezelf had maar geen electriciteit. Was weer even primitief. Gaf niet zoveel, zeker de “Blue monkeys” en “Black and White Colobous” apen maakten wat goed. Kwam ook twee jongens tegen die een stage liepen als ranger, in het bos. Die liepen een eindje met me op toen ik een wandelingetje maakte. Naast de gidsen en twee israelische reizigers was er alleen verder niemand, dus ik besloot geen tocht te maken in mijn eentje met een gids maar na een korte ochtendwandeling vanmorgen vertrok ik richting Nakuru.

 Waar ik zaterdagavond verbleef
       Op de weg daar naartoe zag ik het landschap geleidelijk wat minder groen worden. Kakamega forest is het enige stukje regenwoud wat over is in Kenya en net als in het oosten van Uganda waren er een aantal thee en maisvelden die het landschap groen maken. Het werd echter steeds meer grasland met vee en acaciabomen, maar nog steeds mooi heuvelachtig. Was een mooie tocht. In Nakuru vooral wat aankopen gedaan zoals een simkaart en wat eten. En nu dus in een “cybercafé”. Morgen blijf ik hier denk ik nog om wat plaatsen in de buurt te bezichtigen maar mijn volgende bestemming is Lake Naivasha.